Artikel 1 van de Grondwet is aangepast
Discrimineren is verboden, dat weet iedereen. Maar toch gebeurt het. Mensen met een beperking ondervinden dat geregeld. Het is belangrijk dat dit op allerlei manieren wordt aangepakt. Inwoners van Den Haag kunnen ervaringen melden bij Den Haag Meldt. Om discriminatie terug te dringen gebeurt er de laatste jaren ook op juridisch vlak het een en ander.
Alweer 8 jaar geleden heeft Nederland het VN-Verdrag Handicap geratificeerd. Het doel van dit Verdrag is de positie van de ruim twee miljoen mensen met een beperking te verbeteren. In Nederland is dit Verdrag vertaald in de Wet gelijke behandeling van mensen met een handicap of chronische ziekte (Wgbh/cz). Ook is de Kieswet aangepast. Alle stemlokalen moeten voor iedereen toegankelijk zijn. Verder hebben gemeenten de taak gekregen een inclusie agenda op te stellen. In Den Haag is mede hierdoor het onderwerp Toegankelijkheid hoog op de politieke agenda gekomen. Er is een toegankelijkheidsnota opgesteld en het vorige college van B&W heeft ruim 3 miljoen extra in het verbeteren van de toegankelijkheid van de stad geïnvesteerd. Natuurlijk is dit veel te weinig om de achterstand op het terrein van inclusie en toegankelijkheid in te lopen, maar er worden in elk geval stapjes gezet. Onlangs heeft zich nog een grote verandering voorgedaan. Artikel 1 van de Grondwet is gewijzigd. In dit artikel staat: Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, handicap of seksuele gerichtheid of op welke grond dan ook is niet toegestaan. Dit grondwetsartikel is op 17 februari 2023 in werking getreden. Nieuw is dat handicap en seksuele gerichtheid aan de discriminatieverboden zijn toegevoegd.
Volgens Marijke Osinga die namens Voorall vorige maand in de Tweede Kamer een workshop gaf over de betekenis van deze Grondwetswijziging heeft Artikel 1 vooral morele waarde. ‘Het is een extra bevestiging dat de politiek het belangrijk vindt dat discriminatie wegens handicap verboden is. Het is belangrijk omdat als we artikel 1 niet naleven, en dus discrimineren van mensen met een beperking laten gebeuren, we de rechtsstaat om zeep aan het helpen zijn. Het tast de waarde van de Grondwet aan.’
Marijke heeft zich ter voorbereiding op het geven van de workshop goed in de staatkundige geschiedenis verdiept. ‘Discriminatie wegens handicap of het volwaardig mee kunnen doen van mensen met een beperking speelt in politieke discussies de afgelopen decennia een toenemende rol, zowel nationaal als internationaal. In 1983 lukt het niet om een discriminatieverbod voor mensen met een handicap in de Grondwet te krijgen. Twintig jaar later, in 2003, kwam de Wet gelijke behandeling handicap of chronische ziekte tot stand. In deze wet wordt discriminatie wegens handicap verboden bij wonen, werk, onderwijs of openbaar vervoer. Na de ratificatie van het VN-Verdrag in 2016 is de Wet gelijke behandeling handicap of chronische ziekte aanbieden van goederen en diensten aangepast. Het College voor de Rechten van de Mens kreeg een adviserende taak voor regering en parlement en oordeelt in individuele gevallen.’
VN Verdrag Handicap
Marijke vervolgt: ‘En nu is dus ook Artikel 1 van de Grondwet aangepast. Hiermee komt er een extra stok achter de deur om discriminatie van mensen met een beperking tegen te gaan. Het lijkt alsof dit alleen maar symbolisch is, maar als ervaringsdeskundige voelt het heel fijn om je gesteund te weten door Artikel 1 van de Grondwet.’
‘Overigens ben ik ook heel blij dat het kabinet onlangs heeft besloten het facultatieve protocol van het VN-Verdrag handicap te ratificeren. Dat betekent dat burgers of groepen van mensen met een handicap die zich gediscrimineerd voelen direct hun klacht kunnen indienen bij het VN comité voor personen met een Handicap echter alleen als de nationale staat geen rechtsmiddelen meer biedt, dus geen mogelijkheden meer bij de rechter. Het comité kan ook zelf een staat vragen mee te werken aan een onderzoek als er betrouwbare informatie is, dat er ernstige of systematische schendingen zijn van het VN-Verdrag Handicap.’
‘Ook start het kabinet na een positief advies van de Raad van State met het ratificatieproces van het derde facultatieve protocol bij het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het kind (IVRK). Ratificatie van het protocol versterkt de bescherming van de rechten van de mens in de nationale én internationale rechtsorde.’
Eigen ervaring
Marijke: ‘In juridische zin is er de laatste jaren veel verbeterd. Maar ook op straat wordt toegankelijkheid geleidelijk de norm. Stations worden toegankelijker, steeds meer musea zijn goed toegankelijk, meer stembureaus worden toegankelijk en ook worden websites leesbaarder. Ook kom ik vaker ondernemers tegen die hun best doen om mij met mijn beperkingen op een gelijkwaardige manier te helpen. Ik ben heel blij met deze ontwikkelingen. Hopelijk zet dit proces door.’
Wim Carabain