maatwerk voor meedoen

In 2016 bekrachtigde Nederland het VN-verdrag voor de Rechten van Personen met een Handicap. Volgens dat verdrag moeten mensen met een beperking net zo goed aan de samenleving mee kunnen doen als mensen zonder beperking: een inclusieve samenleving. Voor een samenleving waarin iedereen meedoet en niemand wordt buitengesloten, is inclusief beleid én inclusief denken nodig. De Nivel Participatiemonitor is een belangrijk instrument om de voortgang te meten. De laatste resultaten zijn niet onverdeeld gunstig voor mensen met een verstandelijke beperking.

Beeld van mensen met een verstandelijke beperking

De mogelijkheden die mensen met een verstandelijke beperking hebben om te participeren zijn gerelateerd aan de ernst van hun beperking. Mensen met een lichte verstandelijke beperking kunnen zich meestal redelijk uitdrukken en kunnen in veel gevallen lezen en met geld omgaan. Zij kunnen zich vrij zelfstandig in de samenleving bewegen en kunnen redelijk goed leren om voor zichzelf te zorgen. Mensen met een matige verstandelijke beperking kunnen meestal wel aangeven wat ze willen. Ze kunnen leren zichzelf te verzorgen. Ze kunnen vaak niet zelfstandig reizen, werken of wonen en zij hebben meestal op alle gebieden ondersteuning nodig. Dat laatste geldt natuurlijk in nog sterkere mate voor mensen met een zware verstandelijke beperking. Mensen met een verstandelijke beperking hebben dus altijd in meer of mindere mate ondersteuning nodig voor hun deelname aan de samenleving. Die ondersteuning betreft bijvoorbeeld het vervoer. Veel mensen kunnen geen gebruik maken van het openbaar vervoer, en moeten dus altijd ergens heen gebracht worden. Verder is die ondersteuning vaak levensbreed. Dat houdt in dat ze gegeven wordt op alle levensterreinen: wonen, werken, dagbesteding, onderwijs, vrije tijd, verzorging, huishouding, financiën, contacten en zingeving.

De trend

Een zorgwekkende trend van de afgelopen jaren is dat mensen met een verstandelijke beperking vrijwel altijd het laagste niveau hebben van participatie. Zo gaan ze minder uit, doen ze minder aan vrijetijdsbesteding en maken ze minder gebruik van buurtvoorzieningen dan mensen met een lichamelijke beperking en de algemene bevolking. In de jaren 2020 en 2021 werd dit verschil nog groter. Het gebruik van buurtvoorzieningen bijvoorbeeld daalde sterker bij mensen met een verstandelijke beperking dan bij mensen met een lichamelijk beperking en bij de algemene bevolking. Daarbij komt dat deze samenleving steeds complexer is geworden, wat ook een obstakel vormt voor de participatie van deze groep. Bovendien heeft, maar dat geldt natuurlijk voor alle doelgroepen, ook het Covid-tijdperk zijn negatieve invloed gehad op een en ander. Er valt dus nog het nodige te doen, of om met het Nivel te spreken: Doelgericht beleid blijft nodig om participatie van mensen met een beperking te verbeteren.

(Dit artikel behandelt alleen de situatie van mensen met een verstandelijke beperking. In de Participatiemeter wordt ook de situatie van mensen met een lichamelijke beperking en chronische ziekte behandeld. Het wordt duidelijk dat ook voor hen nog wel het één en ander te verbeteren valt.)

Bronnen:

https://www.nivel.nl/sites/default/files/bestanden/1004343.pdf

https://www.kennispleingehandicaptensector.nl/actueel/nieuws/meer-aandacht-nodig-voor-participatie-van-mensen-met-een-vb

Edward de Bruin

Contact

Van Diemenstraat 196
2518 VH Den Haag
070 365 52 88
info@voorall.nl

 

Blijf op de hoogte!

Ongeldige invoer
Ongeldige invoer
Ongeldige invoer